Toen ik een jaar of veertien was, las ik het boek Geliefde IJslanders van Ursula Bruns. Ik denk dat ik het wel vijf keer gelezen heb. Prachtig vond ik het, zoals zij schreef over IJsland, over een met je paard zijn in de natuur en over het karakter van de paarden. Dat wilde ik ook.

En dan de tölt! Die geheimzinnige, fascinerende en onbekende gang waar Ursula Bruns zo mooi over kon schrijven. Toen ik een instructeur bij de manege erover vertelde, verklaarde hij me voor gek. Dat bestond helemaal niet!

Gelukkig bestond het wel. En had Ursula Bruns nog veel meer boeken geschreven. Over IJslanders natuurlijk, maar ook over andere paarden die konden tölten. Ik ging op zoek naar IJslandse paarden in de buurt van waar ik woonde, maar dat viel vies tegen.

IJslanders waren toen zo goed als onbekend en pas jaren later zag ik töltende paarden. Voor mij was het echter duidelijk dat ik een IJslander wilde kopen. Maar daarvoor moest ik eerst nog heel wat jaren sparen...

Toen ik in Tilburg ging studeren, ontdekte ik een familie met wel 30 IJslanders. Ook werd ik bevriend met iemand die een manege met IJslanders had, in Drenthe. Daar ging ik vaak in de vakantie naar toe.

 

Toen ik klaar was met mijn studie (en genoeg gespaard had…), kocht ik mijn eerste eigen IJslander. Digur heette hij, een vosruin met een bles. Hij kon fantastisch tölten, maar het klikte niet echt. Na een jaar heb ik hem dan ook weer verkocht. In de jaren daarna heb ik nog veel andere IJslanders gehad.

Nu woont Hádvör bij mij, een ontzettend lieve IJslandse merrie. We gaan samen wandelen en ik vind het leuk om naar haar en naar de andere IJslanders in de wei te kijken.
Omdat haar naam zo moeilijk is en ze een bruingrijze kleur heeft, wordt ze al jaren Muis genoemd. Dat doe ik meestal ook.

Wat ik zo leuk vind aan IJslanders? Alles eigenlijk!

De handige stokmaat, de wintervastheid, de gangen, het uiterlijk, de bijzondere kleuren en hun verdraagzaamheid in de groep, waardoor je ze makkelijk als kudde kunt houden.

Maar ook houd ik van de bijzondere namen, het karakter, de wintervacht waarin ze eruit zien als beren, het land en hun geschiedenis.

En ten slotte houd ik van de mensen -want die zijn vaak net zo bijzonder als de paarden.